In de omhelzing van het land van weleer, Waar de heuvels fluisteren in de wind. Verhalen stromen als de eeuwen voort, Een plek waar het verleden begint.

 

Glooiende velden, een tijdloos gezicht, Bergen en dalen gevormd door de tijd. Schaduwen dansen op eeuwenoud steen, Een echo die nooit meer verdwijnt.

 

Kelten en Romeinen, hun stemmen nog hier, In kastelen, op pleinen, hun sporen van eer. De wijn vloeit als water, verhalen weer vrij, Een lied door de tijden, voor jou en voor mij.

 

Zuid-Limburg, een schat vol geschiedenis, Waar rivieren verhalen vertellen. Een land waar de tijd nog even stilstaat, Een plek waar mijn hart wil herstellen.

 

Steenkool als goud diep onder de grond, Mensen die werkten met bloed, zweet en hoop.

 

De jaren vervlogen, de wereld bewoog, Maar hier blijft de ziel van het dorp.

Bruggen verbinden, de harten zijn één, Van Maastricht tot Vaals, het blijft overeind.

 

Een mozaïek van culturen, een lied vol geluk, De schoonheid die nooit meer verdwijnt.